Beveiligd functieslot is een functie waarmee u het gebruik door anderen van bepaalde functies van het Brother-apparaat aan banden kunt leggen: het verzenden en/of ontvangen van faxberichten, kopiëren, scannen, en afdrukken vanaf de computer (ook het verzenden van faxen vanaf de computer).

Met deze functie kunt u ook de toegang tot de menu's beperken, zodat de standaardinstellingen van het apparaat niet zomaar kunnen worden gewijzigd.

U kunt één openbare gebruiker en maximaal 20 individuele gebruikers (beperkte gebruikers) instellen. Wanneer u een openbare gebruiker instelt, kunt u een of meer van de functies van het apparaat beperken voor alle gebruikers, tenzij een gebruiker is ingesteld als beperkte gebruiker. Beperkte gebruikers hebben toegang tot beperkte functies. Beperkte gebruikers moeten de opgeslagen gebruikersnaam selecteren en een wachtwoord invoeren om het apparaat te kunnen gebruiken.

1. Stel het wachtwoord van de beheerder in. (Zie stap A)
2. Stel openbare en beperkte gebruikers in. (Zie stap B en C)
3. Zet Beveiligd functieslot aan. (Zie stap D)

Het wachtwoord dat u in de volgende stappen instelt, is dat van de beheerder. Dit wachtwoord dient voor het instellen van openbare en beperkte gebruikers en het in- en uitschakelen van Beveiligd functieslot.

1. Druk op Menu.
2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Standaardinst. te selecteren. Druk op OK.
3. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Functieslot te selecteren. Druk op OK.
4. Voer een wachtwoord van vier cijfers in (0-9). Zorg ervoor dat u het wachtwoord niet vergeet. (Als u het wachtwoord vergeet, moet u contact opnemen met de klantenservice van Brother via Contact.) Druk op OK.
   
5. Voer het wachtwoord opnieuw in wanneer Nogmaals: wordt weergegeven op het display. Druk op OK.
6. Druk op Stop/Eindigen.

Openbare gebruikers hebben geen wachtwoord nodig om het Brother-apparaat te mogen gebruiken, maar ze kunnen alleen de functies gebruiken die u toegankelijk hebt gemaakt. U moet minimaal één functie uitschakelen voor de openbare gebruiker.

1. Druk op Menu.
2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Standaardinst. te selecteren. Druk op OK.
3. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Functieslot te selecteren. Druk op OK.
4. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Gebruiker inst. te selecteren. Druk op OK.
5. Voer het beheerderswachtwoord in (zie stap A). Druk op OK.
6. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Openbaar te selecteren. Druk op OK.
7. Ga op een van de volgende manieren te werk:
   • Als u een openbare gebruiker wilt instellen, drukt u op de pijl naar links of rechts om Activeren of Deactiveren te selecteren bij Fax Tx. Nadat u Fax Tx hebt ingesteld, drukt u op de pijl omhoog of omlaag om de instelling te kiezen voor Fax Rx, Kopiëren(Kleur), Kopiëren(Z&W), Scannen, Afdrukken en PCC door deze stap te herhalen. Druk op OK.
   • Als u de instellingen voor de openbare gebruiker wilt wijzigen, drukt u op de pijl omhoog of omlaag om de instelling te kiezen die u wilt aanpassen en vervolgens drukt u op links of rechts om Activeren of Deactiveren te kiezen. Herhaal deze stap tot alle instellingen zijn gewijzigd. Druk op OK.
8. Druk op Stop/Eindigen.

U kunt specifieke beperkingen en een wachtwoord opgeven voor de gebruikers. Bijvoorbeeld: als u de scanfunctie hebt uitgeschakeld voor openbare gebruikers, maar er zijn specifieke gebruikers die deze functie wel moeten kunnen gebruiken, dan geeft u die gebruiker op als beperkte gebruiker met toegang tot die functie (u activeert de scanfunctie).

1. Druk op Menu.
2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Standaardinst. te selecteren. Druk op OK.
3. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Functieslot te selecteren. Druk op OK.
4. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Gebruiker inst. te selecteren. Druk op OK.
5. Voer het beheerderswachtwoord in (zie stap A). Druk op OK.
6. Druk op de pijl omhoog of omlaag om een gebruiker te selecteren, bijvoorbeeld Gebruiker 01. Druk op OK.
7. Voer met de cijfertoetsen de gebruikersnaam in. Druk op OK.
8. Voer een wachtwoord van cijfers in voor de gebruiker. Druk op OK.
9. Druk op de pijl naar links of rechts om Activeren of Deactiveren te selecteren bij Fax Tx en druk op Set. Nadat u Fax Tx hebt ingesteld, drukt u op de pijl omhoog of omlaag om de instelling te kiezen voor Fax Rx, Kopiëren(Kleur), Kopiëren(Z&W) en Scannen.
10. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Afsluiten te selecteren. Druk op OK.
11. Herhaal stap 6 t/m 10 voor alle extra gebruikers en wachtwoorden.
12. Druk op Stop/Eindigen.

1. Druk op Menu.
2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Standaardinst. te selecteren. Druk op OK.
3. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Functieslot te selecteren. Druk op OK.
4. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Slot Uit -> Aan te selecteren. Druk op OK.
5. Voer uw beheerderswachtwoord van vier cijfers in. Druk op OK.