Als u zwarte of witte puntjes of een ander probleem met een tussenafstand van 94 mm (3,7 inch) op uw afdrukken ziet, kan er bijvoorbeeld lijm van etiketten op de drum zitten. Volg deze procedure voor het reinigen van de drumeenheid.
 

1. Het apparaat moet gereed zijn.
2. Druk op (Instell.).
3. Druk op Alle instell..
4. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Print lijsten weer te geven.
5. Druk op Print lijsten.
6. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Drumdot afdrukken weer te geven.
7. Druk op Drumdot afdrukken.
8. Op het aanraakscherm wordt Druk op [OK] weergegeven. Druk op OK.
9. Er wordt een controleblad afgedrukt. Druk vervolgens op (Beginscherm).
10. Houd (Aan/Uit) ingedrukt om het apparaat uit te schakelen.
11. Druk op de knop om de klep aan de voorzijde te openen en trek deze klep vervolgens open.
    
12. Pak de blauwe greep van de drumeenheid. Trek de drumeenheid zo ver mogelijk naar buiten.
    
13. Draai de blauwe vergrendeling (1) aan de linkerzijde van het apparaat linksom (ontgrendelen). Til de voorkant van de drum aan de blauwe grepen op en trek de drum zo uit het apparaat.
    
14. Maak de tonercartridge los door de greep ervan voorzichtig in te duwen. Vervolgens kunt u de cartridge uit de drum trekken. Doe dit voor alle tonercartridges.
    
15. Draai de drumeenheid om aan de blauwe grepen. De tandwielen (1) van de drumeenheid moeten zich links bevinden.
    
16. Bekijk de volgende informatie op het controleblad.
    • Kleur van de puntjes: vervang de drum van de kleur van de afgedrukte puntjes.
    • Locatie van de puntjes: het blad heeft acht genummerde kolommen. Het nummer van de kolom waarin puntjes zijn afgedrukt wordt gebruikt om op de drum de plaats van de oorzaak te zoeken.
17. Zoek de desbetreffende plek aan de hand van de markering naast de drumrol. Een cyaankleurige punt in kolom 2 op het controleblad wil zeggen dat er een probleem is met deel 2 van de drum.
    
     
18. Zoek de drum die de gekleurde punt van stap 17 aangeeft. Houd het frame van de drumeenheid met beide handen vast, plaats uw linkerduim op het tandwiel van de drumeenheid en draai de drum naar u toe (zoals in de onderstaande illustratie). Kijk of u in het genummerde gebied dat u in stap 17 hebt bepaald, iets ziet wat er niet thuishoort, een krasje bijvoorbeeld.
    
19. Wanneer u de oorzaak van het probleem hebt gevonden op de drum, veegt u die plek schoon met een wattenstaafje.
    
20. Draai de drumeenheid om aan de blauwe grepen.
21. Schuif de tonercartridge aan de greep in de drumeenheid en trek de cartridge vervolgens voorzichtig naar u toe. U moet de cartridge horen vastklikken. De kleur van de tonercartridge moet overeenstemmen met het kleurenlabel op de drumeenheid. Doe dit voor alle tonercartridges.
    
22. Zorg ervoor dat de blauwe vergrendeling (1) in de ontgrendelde stand staat, zoals getoond in de figuur.
    
23. Schuif de drum voorzichtig in het apparaat totdat de drum stopt bij de blauwe vergrendeling.
    
     
24. Draai de blauwe vergrendeling (1) rechtsom (vergrendelen).
    
25. Duw de drumeenheid zo ver mogelijk naar binnen.
    
26. Sluit de klep aan de voorzijde van het apparaat.