HL-2135W

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

De printer drukt onverwachts af of drukt zomaar wat af.

Controleer de volgende acht punten.

  1. De printerkabel mag niet te lang zijn. Wij raden een USB-kabel van maximaal 2 meter aan (6,5 feet). Als uw USB-kabel langer is dan 2 meter (6,5 feet), neem dan een kortere en probeer het opnieuw.
  2. De printerkabel mag niet beschadigd of kapot zijn. Als dit wel zo is, neem dan een nieuwe en probeer het opnieuw.
  3. Als u een schakelkastje gebruikt, verwijder dit dan. Sluit de printer en computer rechtstreeks op elkaar aan en probeer het opnieuw.
  4. Controleer of de juiste printerdriver is geselecteerd.

    Voor Windows-gebruikers:
    Opmerking: De precieze aanwijzingen en vensters kunnen per besturingssysteem variëren.

     

    1. Open het dialoogvenster 'Voorkeursinstellingen voor afdrukken'.
      Zie de instructies bij 'De printerdriverinstellingen wijzigen (voor Windows)'.
    2. Controleer de naam van de printerdriver.
      Als de naam van uw printer wordt weergegeven in het dialoogvenster Voorkeursinstellingen voor afdrukken, is de juiste printerdriver geselecteerd.
      Als dit niet het geval is, moet u de juiste printerdriver opnieuw installeren aan de hand van de installatiehandleiding die u vindt in het gedeelte Handleidingen van de site. Klik op de koppeling Handleidingen op deze pagina om het gedeelte met handleidingen te openen.
      Naam van printerdriver

     


    Voor Macintosh-gebruikers:
    Opmerking: De precieze aanwijzingen en vensters kunnen per besturingssysteem variëren.

     

     

    1. Klik op het Apple-pictogram en open de 'Systeemvoorkeuren'.
       
    2. Klik op het pictogram 'Afdrukken en faxen' , Afdrukken & Scan  of 'Printers en scanners'.
      Het venster Afdrukken en faxen, Afdrukken & Scan of Printers en scanners wordt weergegeven.
       
    3. [Gebruikers van Mac OS X 10.4]

       

      1. Kies aan de linkerkant de naam van uw printer. Zorg ervoor dat de naam van uw printer wordt weergegeven naast Geselecteerde printer in het afdrukvenster. Kies de naam van uw printer als dit niet het geval is.
         
      2. Klik op 'Printerconfiguratie'.
        Afdrukken en faxen

         

      3. Kies 'Printermodel' in het keuzemenu en controleer de naam van de printerdriver.
        Als de naam van de printerdriver overeenstemt met de naam van uw printer, is de juiste printerdriver geselecteerd.
        Als dit niet het geval is, moet u de juiste printerdriver opnieuw installeren aan de hand van de installatiehandleiding die u vindt in het gedeelte Handleidingen van de site. Klik op de koppeling 'Handleidingen' op deze pagina om het gedeelte met handleidingen te openen.
        Naam van printerdriver

         

         

      [Gebruikers van Mac OS X 10.5 of hoger]

       

       

      1. Kies aan de linkerkant uw printer. Zorg ervoor dat de naam van uw printer wordt weergegeven naast Standaardprinter. Kies de naam van uw printer als dit niet het geval is.
         
        Print & Fax or Print & Scan Dialogue

         

      2. Klik op 'Besturingsbestand' in het venster van de printerdriver.
        Als de naam van de printerdriver overeenstemt met de naam van uw printer, is de juiste printerdriver geselecteerd.
        Als dit niet het geval is, moet u de juiste printerdriver opnieuw installeren aan de hand van de installatiehandleiding die u vindt in het gedeelte Handleidingen van de site. Klik op de sectie Downloads van de website en installeer de laatste drivers.
         
        Printer Driver Name

     

  5. De printer mag niet zijn aangesloten op dezelfde poort als een opslagapparaat of scanner. Verwijder alle overige apparaten en gebruik de poort uitsluitend voor de printer. Probeer het opnieuw.
  6. Zet de printer terug op de fabrieksinstellingen. Volg de onderstaande aanwijzingen om de fabrieksinstellingen terug te zetten:

     

    1. Zorg ervoor dat de klep aan de voorzijde van de printer goed dicht is. Zet de printer uit met de schakelaar aan de zijkant (rechts) van het apparaat.
    2. Zet het apparaat aan met de stroomschakelaar terwijl u de knop Go ingedrukt houdt. De knop Go bevindt zich linksbovenaan de printer (onder de lampjes).
    3. Houd Go ingedrukt totdat alle lampjes gaan branden en het lampje bij Ready uitgaat. Laat de knop Go weer los. Kijk of alle lampjes zijn uitgegaan.
    4. Druk tien keer op de knop Go. Het lampje bij Ready knippert tijdens het resetten van de printer. Zodra de printer is gereset, gaat het lampje bij Ready branden.

     

    Als u de printer gebruikt met een netwerkverbinding, configureer de netwerkinstellingen dan opnieuw nadat u de printer de fabrieksinstellingen hebt teruggeven.

     
  7. (Alleen Windows)
    Controleer of de juiste printerdriver is geselecteerd en ingesteld als standaardprinter. Controleer ook of de juiste printerpoort is ingesteld voor de geselecteerde printerdriver:

     
    1. Open de map printers.

      (Windows 7)
      Klik op Start => Apparaten en Printers

      (Windows 8 / Windows 10)
      Klik op Start => Printers en Faxen

       
      1. Open het Configuratiescherm. (Klik hier om te zien hoe u het Configuratiescherm opent.)
      2. Klik op Hardware en geluiden=> Apparaten en Printers
      (Windows 11 of hoger)
      Zorg ervoor dat uw Brother-apparaat is geselecteerd om af te drukken vanuit uw toepassing.

       
    2. (Windows 10 of lager)

      Controleer of de Brother-printer is ingesteld als standaard. Dit is met name belangrijk als u met het afdrukpictogram wilt afdrukken vanuit een toepassing. Als de Brother-printer de standaardprinter is, staat er een vinkje voor het pictogram. Als u uw Brother-printer zelf wilt instellen als standaardprinter, klik dan met de rechtermuisknop op de Brother-printer en selecteer 'Als standaardprinter instellen'.
    3. Open de Eigenschappen.
      (Windows Vista)
      Rechts klik op de  Brother driver en klik links op Eigenschappen.

      (Windows 7/ Windows 8 / Windows 10)
      Rechtsklik op de Brother driver en klik links op Eigenschappen van Printer.
      (Windows 11)

      Als u de toets Eigenschappen aanpassen  links onder in het dialoogvenster ziet, klik op de toets Eigenschappen aanpassen  voor u de instellingen aan past.

       

    4. Klik op het tabblad Poorten. Controleer of de juiste poort is geselecteerd (USB bij gebruik van een USB-kabel). Vergeet niet op Toepassen te klikken als u een andere poort selecteert.
      Poort controleren

       

    5. Klik op het tabblad Algemeen en op de knop Testpagina afdrukken. De testpagina van Windows moet nu worden afgedrukt.
      Testpagina afdrukken

       

  8. Probeer een nieuwe USB-kabel wanneer de printer nog steeds verkeerde tekens afdrukt.
     

Staat het antwoord op uw vraag er niet bij, kijkt u dan eerst bij de andere vragen:

Heeft u de beschikbare handleidingen bekeken?

Heeft u meer hulp nodig, dan kunt u contact opnemen met de Brother-klantenservice.

Verwante modellen

HL-2130, HL-2135W, HL-2240, HL-2240D, HL-2250DN, HL-2270DW

Feedback

Geef hieronder uw feedback. Aan de hand daarvan kunnen wij onze ondersteuning verder verbeteren.

Stap 1: is de informatie op deze pagina nuttig voor u?

Stap 2: wilt u nog iets toevoegen?

Dit formulier is alleen bedoeld voor feedback.