Deze meldingen worden meestal veroorzaakt door storing op de lijn, de telefoonlijnaansluiting en/of een alarmsysteem of ander apparaat op dezelfde lijn als het Brother-apparaat. Volg de onderstaande aanwijzingen om dit probleem op te lossen:

1. Controleer de kwaliteit van de kiestoon. Klik hier voor meer informatie over Brother-apparaten en de kiestoon. Als de kiestoon slecht is (veel ruis bijvoorbeeld), moet u dit laten nakijken door uw telefoonmaatschappij. Ga naar stap 2 als de kiestoon duidelijk doorkomt.
    
2. Als bij de meeste faxen die u verzendt NG of FOUT wordt weergegeven op het verzendrapport, ga dan naar stap 4. Als de melding maar af en toe wordt weergegeven, ga dan naar stap 3.
    
3. Druk het faxjournaal af om te bepalen of het probleem zich voordoet wanneer u faxt naar specifieke faxnummers.

    

   1. Druk op (Instell.). (Bij bepaalde modellen is deze stap niet nodig.)
       
   2. Druk op Alle instell..
       
   3. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Print lijsten weer te geven.
       
   4. Druk op Print lijsten.
       
   5. Druk op Fax Journaal.
       
   6. Druk op OK of Ja.
       
   7. Druk op (Beginscherm).
       

   In dit rapport staan de gegevens van de laatste 200 inkomende en uitgaande faxen, de datum en tijd, het faxnummer of de naam (mits ingevoerd op het verzendende faxapparaat), de duur, het aantal pagina's, het resultaat en een opmerking.

    

    

   Als u het apparaat zo hebt geprogrammeerd dat het faxjournaal met een bepaald interval (om de 50 faxen, elke 6, 12 of 24 uur, om de 2 of 7 dagen) wordt afgedrukt, dan worden alle taken na het afdrukken uit het geheugen gewist.

    
   1. Bekijk de opmerking en het resultaat op het rapport.

       

      • TX als opmerking is een (door u) verzonden fax.
         
      • NG als resultaat wil zeggen dat er een probleem was met die fax.
         
   2. Als er bij allerlei verschillende faxen NG staat (en TX als opmerking), ga dan naar stap 4.
       
   3. Als NG alleen bij specifieke faxnummers voorkomt, kan het probleem te wijten zijn aan dat specifieke faxnummer. Wij raden u aan contact op te nemen met de andere persoon en te vragen of zij soms problemen hebben met hun apparatuur of telefoonlijn. Als zij geen problemen hebben, kan het een tijdelijk probleem van de telefoonmaatschappij zijn. Probeer de fax later of de volgende dag opnieuw te verzenden.

    

4. Controleer de telefoonlijn. Als de telefoonlijn op andere apparatuur is aangesloten (anders dan de telefoonwandcontactdoos), zoals een overspanningsbeveiliging of schakelkastje, moet u de lijn daaruit verwijderen en rechtstreeks in de wandcontactdoos steken. Door andere apparaten te verwijderen kunt u beter bepalen wat het probleem veroorzaakt. Ga naar stap 5 als de lijn niet hoeft te worden aangepast. Als er iets aan de lijn is veranderd, probeer dan opnieuw te faxen. Als het verzenden nu wel lukt, werd het probleem veroorzaakt doordat het Brother-apparaat samen met andere apparaten op de lijn was aangesloten. Ga naar stap 5 als de foutmelding nog steeds wordt weergegeven op het verzendrapport.

   Brother raadt u aan het apparaat aan te sluiten op een overspanningsbeveiliging. Zo beschermt u het tegen stroompieken en blikseminslag. Gebruik een overspanningsbeveiliging die geschikt is voor zowel elektriciteitsstekkers als telefoonstekkers. Een overspanningsbeveiliging waarop u ook de telefoonlijn kunt aansluiten, beschermt uw apparaat tegen stroompieken die via de telefoonlijn kunnen binnenkomen.

    
5. Pas de instelling Compatibel op het Brother-apparaat aan. Hiermee wordt de zendsnelheid verlaagd, zodat het apparaat minder gevoelig wordt voor storing op de telefoonlijn:

    

   1. Druk op (Instell.). (Bij bepaalde modellen is deze stap niet nodig.)
       
   2. Druk op Alle instell..
       
   3. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Stand.instel. weer te geven.
       
   4. Druk op Stand.instel..
       
   5. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Compatibel weer te geven.
       
   6. Druk op Compatibel.
       
   7. Druk op Basic (voor VoIP).
       
   8. Druk op (Beginscherm).

    

    

   Wanneer u de compatibiliteit instelt op Basic (voor VoIP), kan ECM (foutcorrectie) alleen worden gebruikt voor het verzenden van kleurenfaxen.

    
6. Verzend de fax opnieuw.

Als de telefoonlijn is nagekeken door de telefoonmaatschappij en/of u hebt de FAX/MFC op een andere lijn getest en het apparaat geeft nog steeds een foutmelding, dan kan er een probleem zijn met het apparaat. Neem contact op met de Brother-klantenservice via 'Contact'.